Voor het CO₂ compensatieproject via ClimatePartner ging onze QESH-Manager Sander, naar Duitsland. Daar hielp hij namens GOEDEGEBUUR mee met het planten van jonge bomen.
Droge zomers, stormen en de schorskever hebben grote schade aangericht in de Duitse bossen. In Vogelsberg wordt hard gewerkt aan herbebossing. Met steun van sponsoren wordt in Götzen nieuw bos aangeplant. De natuurlijke verjonging was daar niet voldoende, waardoor herbeplanting noodzakelijk werd. Uiteindelijk moet hier een klimaatbestendig gemengd bos ontstaan. ClimatePartner koppelt bedrijven aan projecten om CO₂-opslag en biodiversiteit te bevorderen. In drie jaar zijn al 100.000 bomen geplant dankzij sponsoring. Dit bespaarde gemeenten € 300.000,- en draagt bij aan een groenere toekomst. De projectleider ter plaatse benadrukt hoe belangrijk samenwerking is in de strijd tegen klimaatverandering. Sander hielp mee met het planten van honderden jonge bomen op een terrein van 1,2 hectare. Een holspade en teamwork waren onmisbaar bij het planten. Binnen een paar uur kregen vrijwilligers een indruk van het zware werk van boomplanters 🌱📍 Wil je meer weten? Lees onderstaand het hele artikel.
Een herbebossing met hulp van sponsoren: dit wordt gerealiseerd in de Schottener wijk Götzen. Partner hierbij is het bedrijf ClimatePartner (München), dat bedrijven koppelt die als sponsor willen bijdragen aan de verschillende herbebossingsmaatregelen. Zo zetten deze bedrijven zich in voor duurzaamheid en de bescherming van de lokale bossen, die veel CO₂ opslaan, zuurstof produceren, een recreatieplek voor mensen zijn en tevens een belangrijke houtleverancier vormen. "De steun van bedrijven is, in tegenstelling tot staatsfinanciering, een eenvoudige manier om gemeenten te ondersteunen," zegt Philipp Reitschky, directeur van de Bosbouwvereniging, die ook verantwoordelijk is voor de houtverkoop namens de gemeenten. In de afgelopen drie jaar heeft de vereniging dankzij sponsoring van diverse bedrijven meer dan 100.000 bomen kunnen leveren. Hierdoor zijn de gemeenten Schotten, Ulrichstein, Lautertal, Herbstein en Grebenhain kosten van in totaal ongeveer € 300.000 bespaard gebleven. Dit bedrag omvat de kosten voor de planten, de plantacties en de nodige beschermingsmaatregelen. Frank Fraunhofer, projectleider bij ClimatePartner, benadrukte het belang van gezamenlijke inspanningen om klimaatverandering tegen te gaan. Ook medewerkers uit Nederland: Bij het huidige herbebossingsproject, op een 1,2 hectare groot braakliggend terrein nabij het zweefvliegveld boven Götzen (ongeveer zo groot als een voetbalveld), hielpen medewerkers van zo’n tien bedrijven uit verschillende delen van Duitsland én Nederland mee met het planten van bomen. Malte Koch, hoofd van het bosgebied Schotten, gaf aan dat, waar mogelijk, natuurlijke verjonging wordt gebruikt om nieuwe bossen te laten ontstaan, omdat dit kostenefficiënter is. "Dit is op het terrein bij het zweefvliegveld grotendeels uitgebleven, omdat de concurrentievegetatie – met name hazelaar en vlier – dit heeft verhinderd. De jonge scheuten konden zich niet doorzetten," aldus de boswachter. Daarom is herbeplanting volgens de Hessische Boswet verplicht om het terrein opnieuw te bebossen. In 2020 werd het resterende deel van het oude sparrenbestand op dit beschadigde terrein gekapt. De wettelijke termijn waarin het gebied braak mag blijven liggen is zes jaar. Om de herbeplanting beter te laten verlopen, hadden bosbouwers van het bosbeheer het terrein vooraf gemulcht (de bodem van je tuin bedekken met organisch materiaal). "Hierdoor verwijderen we ook groeibarrières voor de jonge bomen, en wordt het onderhoud later eenvoudiger," legde Koch uit. Door de enthousiaste vrijwilligers – waaronder burgemeester Benjamin Göbl en afdelingshoofd Bernd Neumann – werd een deel van de geplande 1.500 esdoorns en 1.100 jonge lariksen geplant. Bosbouwmeester Otto Hainz gaf de instructies: "We planten vandaag tien rijen met elk 2,5 meter tussenruimte." Binnen een rij werd voor de esdoorns 1,5 meter afstand gehouden en voor de lariksen 2 meter. "Dat betekent een standruimte van respectievelijk 3,75 vierkante meter en 5 vierkante meter per boom." Holspade onmisbaar: Een onmisbaar hulpmiddel bij het planten van bomen is de holspade, die met druk of het eigen lichaamsgewicht loodrecht in de grond wordt gedrukt. In de zo ontstane opening, die ongeveer 20 cm diep is, wordt de wortel van de jonge boom geplaatst en de aarde weer stevig aangedrukt. "De steel van de boom moet recht omhoog wijzen, zodat hij later niet scheef groeit," legde Hainz uit. Na een paar opstartproblemen kregen de vrijwilligers de techniek steeds beter onder de knie. Na twee uur kregen ze een idee van de fysieke inspanning die professionele boomplanters op een werkdag van acht uur of langer leveren. Om te voorkomen dat de jonge bomen snel worden opgegeten door wild, is het terrein omheind. In het voorjaar kan de eerste evaluatie van het plantproject worden gemaakt, aldus Hainz. Aan vocht voor een goede groei ontbreekt het niet. Alleen strenge vorst zou een bedreiging kunnen vormen voor de jonge esdoorn- en lariksboompjes. Klimaatbestendig: De esdoorn en Europese lariks groeien snel en zijn goed aangepast aan open terreinen met veel lichtinval. De esdoorn is bovendien beter bestand tegen omgevingsinvloeden dan de beuk. Op het herbebossingsterrein bij het zweefvliegveld kunnen door wind en vogels op natuurlijke wijze nog andere boomsoorten zoals de vogelkers, es, eik of zelfs spar zich vestigen. Het doel is de opbouw van een klimaatbestendig gemengd bos.